Getuigenis Martien en Herman

De Goede Week van 2020 zullen we nooit vergeten: corona legde alles lam. Maar de Goede Week van 2012 staat ook voor altijd in ons geheugen geprent.

We hadden zelf bewust ons hectische sociale leven voor een week lam gelegd.
We zaten met Mustafa en zijn vrienden in de woestijn in het zuidoosten van Marokko.

Vooraf hadden we met de medereizigers geprobeerd wat steun in te zamelen. Terwijl met dat geld Marokkaanse arbeiders enkele waterputten boorden, trokken wij, samen met vier dromedarissen en hun begeleiders door de woestijn.

Er was “niks” te beleven. Maar juist daardoor kreeg alles wat er wél te beleven was, zoveel meer betekenis. Twee ezels die zomaar uit het niets verschenen. Een waterput midden in de woestijn. Een meisje dat met wat prullerijen ons pad kruist. Brood bakken in het woestijnzand. Zwijgend naast mekaar wandelen. Plots ontdekken dat je al vier of vijf dagen niet één vliegtuig gezien of gehoord hebt. Het gevoel hebben dat je een koning of een koningin bent als je met de dromedarissen terug in de bewoonde wereld belandt en precies een blijde intrede meemaakt. En dan die eerste douche van de week. Nagenieten op een dakterras in Marrakesh met uitzicht op het wervelende centrale plein.

Je komt terug thuis en het valt moeilijk om te vertellen wat je meegemaakt hebt. Je verlangt naar de stilte. Alles wat “moet” is precies toch een klein tikje meer iets wat “mag” geworden. Het leven gaat verder, maar wij zijn veranderd.

Martien en Herman, Kermt-Hasselt, zondag 8 november 2020